De Progressief-Verheffende Partij (PVP) ondervindt juridische uitdagingen bij haar poging om alsnog deel te nemen aan de verkiezingen. Staatsrechtgeleerde Hugo Fernandes Mendes betwijfelt of het Hof van Justitie rekening zal houden met het argument van de partij dat de eerdere afwijzing van haar registratie een demotiverend effect had op haar kandidaten. Volgens hem is dit juridisch ‘zeer lastig’ te onderbouwen.
De PVP heeft hoger beroep aangetekend tegen de uitspraak van de kortgedingrechter, die haar verzoek om extra tijd voor het indienen van de kandidatenlijst afwees. De wettelijke termijn voor indiening is inmiddels verstreken, en de partij stelt dat zij hierdoor onvoldoende tijd had om haar lijst samen te stellen. Het kortgeding was aangespannen tegen het Centraal Hoofdstembureau (CHS), dat verantwoordelijk is voor de organisatie van de verkiezingen.
De rechter heeft het verzoek van de PVP verworpen. Fernandes Mendes zegt in ABC Actueel dat de verkiezingsdatum vaststaat en dat een verschuiving daarvan niet aan de orde is. Volgens hem kan deze juridische strijd de vastgestelde verkiezingsplanning niet beïnvloeden.