Ongeveer 362 leerlingen in het basisonderwijs moeten nog een school toegewezen krijgen. Dit komt doordat sommige ouders zich laat hebben aangemeld voor inschrijving, en ook andere omstandigheden hebben bijgedragen aan deze situatie. Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (minOWC) doet er alles aan om deze groep zo snel mogelijk een plek te bieden. Voor wat betreft het voortgezet onderwijs zijn ongeveer 230 leerlingen nog in afwachting.
Directeur algemeen vormend onderwijs, Helma Poese, deelde deze informatie tijdens een persconferentie op vrijdag. De top van het ministerie behandelde daarbij verschillende vraagstukken binnen het onderwijs. Poese gaf ook aan dat er nieuwe leerboeken zijn ontworpen die volledig zijn afgestemd op de Surinaamse situatie.
De leerstof zal zoals gepland in de komende week worden verspreid. Leerkrachten krijgen instructies over hoe de boeken te gebruiken, en er komt ook een hulplijn voor eventuele vragen van hun kant.
Onderwijsminister Henry Ori meldt dat de vos-scholen inmiddels zonder noemenswaardige problemen zijn gestart. Scholen die renovatie nodig hebben, kunnen rekenen op ondersteuning van het ministerie. De grootste uitdaging voor het minOWC ligt op het niveau van het voortgezet onderwijs (voj), met name de doorstroom van leerjaar 10 naar het mulo als beroepsonderwijs. De plaatsing van leerlingen in voornamelijk het zuiden – met name Wanica – is ook een vraagstuk vanwege de beperkte capaciteit.
Volgens onderdirecteur Beroepsonderwijs, Susanna Verveer, is er een schoolcomplex beschikbaar gekomen te Welgedacht C als oplossing hiervoor. Er is sprake van een grote toestroom van leerlingen naar een bepaalde onderwijsrichting. Zij zullen dan worden opgevangen op het nieuwe complex.
Voor leerjaar 11 zijn er meer dan 700 leerlingen geplaatst en ongeveer 230 moeten nog een plek toegewezen krijgen. Momenteel wordt een AB-systeem gehanteerd, waarbij een deel van de leerlingen drie keer en vervolgens twee keer per week naar school gaat. Het ministerie streeft ernaar deze situatie komend schooljaar structureel op te lossen.
Het ministerie zet zich in om andere belangrijke kwesties in samenwerking met andere ministeries aan te pakken. Samen met Natuurlijke Hulpbronnen (NH), Regionale Ontwikkeling en Sport (ROS) en het NCCR wordt onderzocht hoe het watertekort waar leerkrachten in het binnenland mee te kampen hebben, tot het verleden kan behoren. Ook vraagstukken zoals busvervoer en een tekort aan meubilair hebben de aandacht van het minOWC.