Bestuurskundige tevens oud-directeur van het Kabinet van de President, Eugène van der San, heeft in het programma Bakana Tori op LIM FM onthuld, dat president Desi Bouterse hem in 2016 had gevraagd te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn dat toenmalig VHP-fractieleider Chan Santokhi in zijn regering, vicepresident kon worden.
Van der San zegt de opdracht toen van Bouterse te hebben gehad na te gaan wat mogelijk was. Tijdens gesprekken met president Bouterse zei Van der San, dat dit destijds het beste was wat Suriname zou kunnen hebben. Op dat moment was Ashwin Adhin de vicepresident van het land.
Onduidelijk was waarom er eigenlijk nagegaan werd of Santokhi, als leider van de oppositie, de plek van de toenmalige vicepresident moest overnemen. Ook is niet duidelijk op wiens verzoek de post van vicepresident naar Santokhi zou gaan.
Voor de toenmalige kabinetsdirecteur was het niet moeilijk om de mogelijkheden te onderzoeken. De NDP had 26 zetels en de VHP 8 zetels. Samen waren dat 34 zetels en kon de zittende vicepresident vervangen worden, doelende op artikel 74 van de Grondwet. Dat de directeur vond dat Santokhi het beste koppel zou vormen met Bouterse, zou te maken hebben met de toen heersende economische problemen in het land.
Er waren al gesprekken met Santokhi gevoerd die toen aangaf, dat hij voor drie maanden naar Nederland zou gaan vanwege andere verplichtingen. Bij terugkeer was er een ontmoeting gepland waarbij Santokhi, vergezeld van enkele partijtoppers bij Bouterse was. Dat gesprek zou niet lang duren want kort daarna verliet de delegatie met een zichtbaar teleurgestelde Santokhi, de vergaderruimte. Wat precies zou zijn gezegd is niet duidelijk.
De oud-kabinetsdirecteur doet zijn relaas en wijst op het feit dat Santokhi al heel lang ook bezig was de weg naar het presidentschap te plaveien. Hij stond toen al open voor een plek als nummer twee binnen het kabinet-Bouterse. Van der San zegt in een vervolggesprek op LIM FM verder in te gaan op deze kwestie.