De advocaat van āMoenā Sewbalak A. vindt de strafeis van de officier van justitie buitensporig hoog. De officier van justitie eiste namelijk een gevangenisstraf van twee jaar en 6 maanden onvoorwaardelijk met aftrek en zijn gevangenhouding. De aanhouding van Moen vond plaats op 18 februari 2023 nadat zijn werkgever, Jaswantkumar S., aangifte had gedaan. Jaswantkumar had namelijk opgemerkt dat drie jaar lang geiten en varkens van een van zijn kwekerijen in Mawakaboweg werden gestolen.
Moen, belast met de verzorging van varkens en geiten, rapporteerde herhaaldelijk aan zijn werkgever Jaswant dat de dieren stierven. Jaswantkumar merkte ook op dat zijn biggen steeds in aantal afnamen en er mager uitzagen.
Op 17 februari besloot Jaswantkumar een vriend in te schakelen om Moen te volgen, omdat hij een vermoeden had. Toen zijn vriend de auto van Moen tot stilstand bracht, ontdekte hij dat niet Moen zich in de auto bevond, maar zijn vrouw Faraisha. Zij had vijf zakken varkensvoer bij zich.
Bij de politie bekende Faraisha, dat zij samen met haar man Moen vanaf december de diefstallen begon te plegen. Wekelijks werden tussen vijftien en twintig zakken voer aan āLangaā Dhiradjkumar S. geleverd voor SRD 200 per zak. Verder gaf ze aan, dat ze tot deze daad overgingen, omdat ze niet uitkwamen met het salaris dat de werkgever Jaswantkumar hun betaalde. Het lukte niet om hun kinderen daarmee te verzorgen.
Na politieonderzoek werden zowel Moen als Langa opgespoord en aangehouden. Bij de politie heeft Moen bekend dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal, samen met zijn vrouw.
Langa ontkende betrokkenheid bij heling, maar gaf toe dat hij voer van Faraisha had gekocht, in de veronderstelling dat het van haar was. Op de zitting trok Moen zijn eerdere verklaring in en hield vol dat hij slechts op die dag vijf zakken voer had weggenomen.
De officier van justitie eiste voor Faraisha een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 14 maanden onder aftrek met een proeftijd van 2 jaar. Voor Moen een gevangenisstraf van 2 jaar en 6 maanden onvoorwaardelijk en zijn gevangenhouding en voor Langa, die reeds in vrijheid is gesteld een gevangenisstraf van 6 maanden onvoorwaardelijk.
Advocaat Derrick Veira, die Moen juridisch bijstaat, verklaarde dat de verdachte heeft toegegeven zakken voer te hebben weggenomen, maar dat het aantal verschilt met wat zijn werkgever heeft verklaard. Verder wees de advocaat erop dat de politie geen bewijs heeft verzameld om te controleren of de werkgever extra voer had ingekocht, zoals Langa had beweerd, in tegenstelling tot wat de werkgever van Moen beweerde.
De advocaat betoogde dat de bewering van de werkgever, Jaswant, slechts een ongegronde bewering is. Hij voegde eraan toe dat hoewel Moen een fout heeft begaan, hij dit deed om zijn kinderen te voeden. Gezien de situatie in het land, zag Moen geen andere uitweg om het hoofd boven water te houden.
Gezien de situatie in het land kon hij geen andere uitweg bedenken om het hoofd boven water te houden. De advocaat benadrukte dat er een aanzienlijke discrepantie bestaat tussen de strafeis voor Moen en die voor zijn vrouw. Hij weigerde te geloven dat de officier wilde meewerken aan het ontwrichten van een gezin.
De officier reageerde op de aantijging van de advocaat dat hij niet aan gezinsontwrichting doet, maar dat Faraisha op een gegeven moment in vrijheid werd gesteld op grond van humanitaire redenen. Zij had namelijk een baby van 4 maanden, die verzorgd moest worden.
De rechter achtte diefstal in vereniging bewezen en veroordeelde Moen tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 12 maanden, inclusief zijn voorarrest. De strafeis voor Faraisha werd overgenomen en Langa werd veroordeeld voor opzetheling tot een gevangenisstraf van 12 weken, waarvan 8 weken onvoorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar.