Oud-president Desi Bouterse noemt de uitzetting van Regita ‘Asawini’ Edenburg een grote blunder van de regering-Santokhi. Volgens hem kunnen er fouten gemaakt worden. “Zeg gewoon dat je fout bent en dan ben je er klaar mee”, zegt hij in het programma Bakana Tori op LIM FM. Hij is van oordeel dat de regering zich niet moet wringen in allerlei bochten in de case van Asawini.
Bouterse merkt op dat Asawini opkomt voor de rechten van de inheemsen en tribale volkeren. Ze heeft volgens hem recht om dat te doen. Bouterse vindt het ‘cheap’ en zelfs kinderachtig van de regering om te proberen te zeggen dat de vrouw een leger hier wil komen vormen tegen de regering. “Wees gewoon gentle en zeg mi faya”, zegt Bouterse. Vele personen hebben al hun inzichten en afkeuring uitgesproken over hoe de regering deze zaak heeft afgehandeld, aldus de gewezen president.
Bouterse merkt op dat het een hele hari trusu wordt in deze case. Amoksi zou zich moeten schamen om te zeggen dat Asawini bezig is om een leger op te zetten tegen de regering. In zulke gevallen moet de president optreden, zegt Bouterse. Hij zou niet ervoor schromen om hem als minister te bedanken. “Je hoeft je bureau niet op te ruimen, neem een taxi”, zegt hij grappend.
Een minister moet nog altijd conform de wet bedankt worden. Volgens Bouterse moet je nog altijd respect hebben voor de mensen die zich dienstbaar opstellen. Wat betreft het functioneren van de desbetreffende minister zegt hij: “bepaalde mensen hebben het gewoon niet.”
Asawini
Asawini werd op 31 mei onder politiebewaking in alle haast het land uitgezet en wel via Frans-Guyana. Vanwege het ontbreken van de juiste documenten werd zij teruggestuurd. In de tussentijd hadden haar raadsmannen een kortgeding ingediend om haar uitzetting ongedaan te maken. Bij haar terugkeer naar Suriname moest zij in vreemdelingenbewaring in het cellenhuis van Geyervlijt alwaar ze een bezoek kreeg van vicepresident Ronnie Brunswijk. Asawini besloot op 4 juni om ‘vrijwillig’ te vertrekken richting Nederland. Ze werd door haar raadsmannen en een vertegenwoordiger van de Nederlandse ambassade begeleid naar de Johan Adolf Pengelluchthaven.
Aanhouding Asawini
Op 28 mei werd aan het Openbaar Ministerie door de politie gerapporteerd dat er aangifte van bedreiging en diefstal was gedaan contra Edenburg en anderen en dat zij was opgespoord en aangehouden. Op grond van de toen gerapporteerde feiten en omstandigheden werd zij in verzekering gesteld. Na ontvangst en bestudering van het dossier op het parket werd op 30 mei beslist tot de invrijheidstelling van Edenburg.
Zij werd vanwege de beschikking afkomstig van de minister van Justitie en Politie (Juspol), Kenneth Amoksi, waarin zij tot ongewenste vreemdeling was verklaard, overgedragen aan de Vreemdelingendienst die verder voor de uitzetting zorgde. Ten aanzien van de uitzetting bleek dat Edenburg geen paspoort had of wilde zij geen paspoort ter beschikking stellen aan de Vreemdelingenpolitie. In dat kader is een noodpaspoort gemaakt voor de uitzetting. Het besluit om Asawini uit te zetten naar Frans-Guyana, is een beslissing geweest van de minister van Juspol, liet het OM eerder weten.
Amoksi aan het woord
De Surinaamse rechtsstaat en rechtsorde zijn bedreigd geworden door activiteiten die werden ontplooid door Edenburg, stelt Amoksi in een bericht uitgegeven door de CDS daags na Edenburg’s vertrek naar Nederland. Hij somde de activiteiten die een gevaar vormden voor de binnenlandse veiligheid als volgt op: het afscheiden dan wel demarkeren van Saramaccaans gebied, het instellen van een volkstribunaal om onder meer indringers te berechten, het oproepen tot aansluiting bij een militaire groep c.q. volgen van militaire trainingen om Saamaka gebied te beveiligen en het intimideren en bedreigen van ondernemers in Brokopondo.
Hij zegt dat er volgens de wettelijke procedures is gehandeld wanneer het gaat om het verstrekken van een noodpaspoort en het uit Suriname zetten van de persoon in kwestie.
Nederlandse ambassade
Volgens de Nederlandse ambassadeur, Henk van der Zwan, hebben de Surinaamse autoriteiten zich niet conform het Verdrag van Wenen gedragen tijdens de uitzetting van de Nederlandse staatsburger Edenburg. Tegenover journalisten benadrukte de ambassadeur dat de Surinaamse autoriteiten de ambassade op de hoogte hadden moeten stellen volgens de bepalingen van dit verdrag. Dat Eedenburg zich in Frans-Guyana bevond heeft hij via de media moeten vernemen.
Van der Zwan uitte zijn onbegrip over de manier waarop de situatie is verlopen. Hij plaatst ook vraagtekens bij de verklaring van minister Amoksi, waarin werd gemeld dat Edenburg een bedreiging vormt voor de staatsveiligheid van Suriname. Hij vindt het vreemd en wacht nog steeds op een officiële reactie vanuit Suriname via de gebruikelijke diplomatieke kanalen.
Asawini aan het woord
Na haar aankomst in Nederland heeft Asawini haar relaas gedaan bij diverse media in Nederland en in Suriname. Volgens haar is ze feitelijk ontvoerd en gegijzeld, waarbij de wetten niet werden nageleefd. Ze kreeg geen enkele mogelijkheid om contact op te nemen met haar familie. Ondanks haar Nederlandse nationaliteit zou ze op basis van een Surinaams paspoort worden uitgezet, dat werd afgegeven door het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB) op verzoek van de Vreemdelingendienst.
Asawini werd verteld dat ze naar minister Amoksi zou worden gebracht. Dit was niet het geval. Ze moest instappen in een donkere auto alwaar ze kreeg te horen dat ze het land via Frans-Guyana werd uitgezet. Echter, de Franse autoriteiten accepteerden de documenten niet, waardoor ze teruggebracht moest worden naar Suriname. Bij haar terugkeer in Paramaribo kreeg ze bezoek van de vicepresident, liet ze weten aan LIM FM. Volgens Asawini beweerde Brunswijk dat hij niet op de hoogte was van de uitzetting. Ook bood hij haar een baan aan op zijn kabinet.
Asawini heeft ervoor gekozen om ‘vrijwillig’ naar Nederland te vertrekken omdat ze zich niet meer veilig voelde in Suriname. Dit is niet vanzelfsprekende gegaan omdat ze een verklaring heeft moeten ondertekenen bij de Vreemdelingendienst. In de verklaring is opgenomen dat ze het kortgeding tegen de staat intrekt. Met haar vertrek mag ze een jaar lang niet terugkeren naar Suriname. Deze zaak laat Asawini niet zo en ze zal een rechtszaak tegen de staat Suriname aanspannen.
Santokhi in deze case
President Chan Santokhi heeft aan de Agent van de Staat, Roy Baidjnath Panday, gevraagd om nader geadviseerd te worden omtrent de uitzetting van Edenburg. Volgens president Santokhi wordt de staat Suriname als gevolg van de aanpak en verdere afloop van deze kwestie onder andere ervan verweten, dat zij zowel haar nationale wetgeving alsook het verdragenrecht, heeft geschonden.