In de vergadering van De Nationale Assemblee (DNA), gisteren, heeft vicepresident (vp) Ronnie Brunswijk bevestigd dat het drinkwater in Brokopondo veilig is. Hij benadrukte dat er geen cyanide in het meer is aangetroffen en de eerdere berichtgeving over een hoge cyanidewaarde in het water een misverstand was tussen het Nimos en de stichting Ordening Goudsector.
Brunswijk legde uit dat de samples zijn genomen in een reservoir en niet in het meer. Echter is aan het Nimos doorgegeven dat het gaat om water uit het meer, waardoor het resultaat ook zo is gepresenteerd. Volgens de vp zijn er tot nu toe geen cyanideverontreinigingen in het meer vastgesteld. Hij legde uit dat de eerste twee monsters waren genomen in een mijn waar cyanide houdende producten worden opgeslagen, niet in het meer zelf.
De vp deelde mee dat het drinkwater in Brokopondo op twee locaties wordt gewonnen uit het meer en vervolgens door de Surinaamsche Waterleiding Maatschappij (SWM) wordt gezuiverd en gedistribueerd aan de gemeenschap. Zowel het ruwe als gezuiverde water worden regelmatig getest op cyanide, niet alleen door SWM, maar ook door het Bureau voor Openbare Gezondheidszorg (BOG).
Hoewel het water in de gaten wordt gehouden, erkent de vicepresident dat er nog steeds twijfels bestaan bij de gemeenschap. Tot op heden heeft de Medische Zending geen officiële registraties of meldingen ontvangen van personen met mogelijke cyanidevergiftiging of overlijden als gevolg daarvan. Personen die ziek zijn en vermoeden dat het door cyanidevergiftiging komt, mogen contact opnemen met de lokale artsen of bellen naar de BOG-infolijn 178.
Symptomen van vergiftiging kunnen onder meer bestaan uit een zwak gevoel in de ledematen, hoofdpijn, duizeligheid, verwarring, misselijkheid en braken, ademhalingsproblemen, pijn op de borst en een beklemmend gevoel op de borst. Bij contact met cyanide kunnen ook klachten aan de huid optreden, zoals een rode geïrriteerde huid en bij oogcontact pijn en zwelling van de oogleden.
Het ministerie van Volksgezondheid is momenteel in overleg met verschillende internationale partners voor technische ondersteuning. Er wordt ook gesproken over mogelijkheden om de diagnostische capaciteit van laboratoria uit te breiden en vast te stellen.