“Wij krijgen het gevoel alsof de boothouders van het district Commewijne stiefmoederlijk worden behandeld. De prijs bij de benzinepomp is ettelijke keren aangepast, maar de tarieven van de boothouders niet,” zegt NDP-parlementariër Ann Sadi van Commewijne. Zij verwijst naar de snelle afhandeling van de Particuliere Lijnbushoudersorganisatie (PLO).
Volgens haar heeft die tariefaanpassing heel snel plaatsgevonden. Zij vraagt zich af waarom het zolang duurt voor de boothouders. Volgens het DNA-lid heeft de vereniging van boothouders in Commewijne te horen gekregen dat het ministerie van Transport, Communicatie en Toerisme (TCT) een tariefaanpassing van SRD 12 wil doorvoeren.
De politica vindt dit bedrag achterhaald gezien de vele onkosten die de boothouders moeten maken, zoals het reviseren van buitenboordmotoren. Ze suggereert dat een tarief van SRD 15 voor een bootrit meer passend zou zijn.
In tegenstelling tot de beweringen van het DNA-lid, verklaart minister Albert Jubithana van TCT dat de gesprekken met de VBDC niet effectief en efficiënt kunnen verlopen zonder een eigen rekenmodel van de organisatie. De minister merkt op dat de PLO-organisatie ook op de hoogte is van deze eis en dat zij met hun eigen rekenmodel aan tafel moeten verschijnen.
Hij vraagt zich af waarom de VBDC niet hetzelfde kan doen. Als de organisatie geen eigen rekenmodel kan overleggen, is het ministerie genoodzaakt er een voor hen te maken. De bewindsman benadrukt dat het ministerie er alles aan doet om de organisatie tegemoet te komen en dat er absoluut geen sprake is van nalatigheid van hun kant. Hij voegt eraan toe dat er niet geklaagd en geschreeuwd moet worden alsof het ministerie in gebreke is gebleven.
Minister Jubithana voegt toe dat hun experts bezig zijn met het opzetten van een rekenmodel voor VBDC. Hij zegt ook dat het directoraat Transport heeft gerapporteerd dat er onlangs nog vergaderingen zijn geweest tussen groepen. Binnenkort zullen de boothouders, experts en de directeur van Transport bij elkaar komen om het rekenmodel en de nieuwe tarieven te bespreken.
De minister benadrukt dat het ministerie nooit heeft nagelaten om VBDC te ondersteunen. Sinds zijn aantreden in 2020 heeft hij altijd benadrukt dat groepen een rekenmodel moeten hanteren bij het bepalen van prijzen.
“VBDC kan niet zomaar een prijs noemen zonder een degelijke onderbouwing, dit zorgt alleen maar voor verwarring. Op basis van welke factoren moet er een bepaald bedrag worden betaald voor een bootrit?” vraagt de minister zich af.
De bewindsman begrijpt dat de situatie in het land moeilijk is. Hij zegt dat het ministerie de laatste zal zijn om te weigeren mee te werken aan een eventuele tariefaanpassing of om zaken te vertragen. Hij is van mening dat dit geen voordelen oplevert. De minister voegt toe dat het ministerie experts heeft ingezet om een rekenmodel voor VBDC te ontwikkelen.
De TCT-topman heeft van het directoraat Transport vernomen dat er onlangs vergaderingen hebben plaatsgevonden tussen groepen. Het zal niet lang meer duren voordat de boothouders, experts en directeur Transport om tafel zullen zitten om het rekenmodel en het nieuwe tarief te bespreken.
Jubithana benadrukt dat zowel TCT als VBDC er zijn om de samenleving te dienen. Het is hun taak om ervoor te zorgen dat de juiste prijs wordt gehanteerd en niet om een bepaald percentage toe te passen op basis van andere groepen. Zo werkt het niet volgens de minister.