Actoren uit de houtsector zijn het niet eens met de maatregelen die de regering recentelijk heeft aangekondigd. Het gaat om verhoging van heffing bij de export van rondhout, de concessierechten en keuringslonen. De Algemene Surinaamse Houtunie (ASHU), de Binnenlandse Houtproducenten (BHP), de Vereniging van Rondhoutexporteurs (VRE) en de Vereniging van Vrachtrijders (VV) menen dat de maatregelen kostenverhogend zijn en doorwerken in de kostprijsberekening.
De organisaties wijzen erop dat zij afspraken en contracten hebben lopen met ondernemingen in het buitenland. Ze menen dat ook het afprijzen in US-dollar voor de Surinaamse markt de verkoop zal doen afnemen, wat reeds het geval is. Verder zeggen zij dat de onstabiele koers én brandstofprijzen een negatieve invloed hebben op de productie van hout.
De organisaties hadden voor 19 april een vergadering bij het parlement aangevraagd met de ministers van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) en Financiën & Planning. Financiënminister Stanley Raghoebarsing gaf echter geen acte de présence, wat niet goed overkwam bij de organisaties.
GBB-minister Dinotha Vorswijk heeft alvast een presentatie gekregen betreffende de ontwikkelingen in de sector. Zij erkent dat de stijgende brandstofprijzen een grote uitdaging zijn. Er komt een vervolggesprek met de sector.
De bewindsvrouw heeft dan graag ook een presentatie over de winsten per jaar, mogelijk door de Stichting Bosbeheer en Bostoezicht (SBB). Het ligt in de bedoeling eenzelfde presentatie als die voor de GBB-minister te houden voor president Chan Santokhi en vicepresident Ronnie Brunswijk.
De sector had op 16 maart een brief gericht naar het staatshoofd, waarop enkele dagen terug is gereageerd. Zij hoopt binnenkort ontvangen te worden.