Bij de begrotingsbehandeling die gisteren is gestart heeft NDP-fractieleider Rabin Parmessar veel kritiek geleverd op de begroting die volgens hem rommelig en niet prettig leesbaar is. Volgens hem is de begroting niet realistisch en zijn veel wenselijkheden niet terug te vinden in de cijfers. Ook is de begroting onvolledig.
“Op diverse posten zijn er meer verplichtingen dan begroot. De realisatiecijfers over 2022 ontbreken, waardoor deze begroting niet goed geplaatst kan worden. Een overzicht over de meer inkomsten in 2022 en wat verder verwacht wordt in 2023 ontbreekt”, stelde Parmessar.
Daarnaast is er ook geen overzicht van de besparingen bij de overheid. Parmessar is van mening dat de staatsbegroting terug moet naar de tekentafel om de daadwerkelijke uitdagingen op alle fronten te lijf te gaan.
Parmessar merkte ook op dat bij diverse ministeries er veel meer verplichtingen zijn dan begroot is voor 2023. De totale uitgaven van de overheid zijn gespecificeerd in verplichte uitgaven en geraamde uitgaven. De uitgaven zijn in vergelijking met de raming met ongeveer SRD 1 miljard gestegen, terwijl de inkomsten drastisch zijn verhoogd door het begrotingssupport van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) van SRD 5,2 miljard naar SRD 14,7 miljard.
“Op de begroting was initieel een bedrag van SRD 5,2 miljard opgebracht afkomstig van het IMF. Dat is nu gestegen naar SRD 14,7 miljard. Wat is de status van de IMF-tranches? Hoe lopen de onderhandelingen? Wat als dit uitblijft? Hoe zal de regering het tekort dat significant zal toenemen als gevolg van het uitblijven van de tranches van het IMF, financieren?” vroeg Parmessar.
Hij gaf ook aan dat de regering SRD 21,1 miljard zal lenen, terwijl de president gedurende de Algemene Politieke Beschouwingen klaagde dat een groot deel van de begroting bestemd is voor aflossingen. Deze vorm van overbesteding is volgens Parmessar enorm voor een regering, die vanaf dag een Suriname uit de economische crisis zou halen.
Integendeel wordt het Surinaams volk volgens Parmessar verder de crisis in gedompeld, met een koers van 1 op SRD 33, een begroting die niet gericht is op de verheffing van de gemeenschap en het sociaal vangnet dat nog steeds niet tot uiting kan komen. Hij gaf aan dat de begroting voor een groot deel extern gefinancierd zal worden.
Parmessar liet zien dat de inkomsten en ook de uitgaven zijn gestegen. De inkomsten na de nota van wijziging 2023 zijn in vergelijking met de nota van wijziging van 2022 met 55 procent gestegen en de uitgaven met 51,9 procent. De uitgaven richten zich voornamelijk op het uitbetalen van lonen en capaciteitsversterking.
Parmessar stelde dat de prioriteitstelling van deze regering verkeerd ligt. “In plaats dat voedsel betaalbaar wordt gemaakt, blijven we dure consultants aantrekken.” Ten aanzien van de loonsom van de regering, merkte Parmessar op dat bij alle ministeries een stijging te merken is met uitzondering van het ministerie van Ruimtelijke Ordening en Milieu (ROM).
De stijging van de loonsom laat volgens hem zien dat de regering zich schuldig heeft gemaakt aan het aanvullen van het overheidsapparaat. Hij is van mening dat de regering deze fout wenst te corrigeren door een aangepaste Personeelswet onder het mom van public sector reform.
Ook de lonen bij de staatsorganen zijn significant gestegen. Het Kabinet van de President is hier een uitschieter met SRD 79 miljoen aan lonen in 2022 naar SRD 308 miljoen aan lonen in 2023. “Een verschil van SRD 229 miljoen, terwijl de lonen van het Openbaar Ministerie bijna niet zijn gestegen, ondanks dit instituut dringend aan kwalitatieve versterking toe is.”
Parmessar zei dat we ons moeten afvragen waarom het Kabinet van de President SRD 308 miljoen aan lonen wenst uit te geven. “In de hele Surinaamse geschiedenis hebben we nu te kampen met een reizende president, die de wereld rondreist, terwijl zijn volk niets te eten heeft. Wat hebben alle buitenlandse reizen ons gekost? En wat is het rendement van al deze reizen? Waar zijn alle investeerders? Hebben de dienstreizen ertoe geleid dat de productie verhoogd is?”, aldus Parmessar.
