“Ik heb steeds gevraagd om mijn dochtertje bloed te geven, want haar Hb was heel laag. Vanaf ik gemerkt had dat het niet goed ging met mijn dochtertje ben ik gelijk naar Paramaribo afgereisd, nadat de zuster van de plaatselijke polikliniek had opgemerkt dat zij er heel bleek uitzag. Ik ben toen in de boot gestapt richting Paramaribo en hier aangekomen neemt het Diakonessenhuis het kind niet op. Ze is aan haar lot overgelaten in het ziekenhuis,” vertelt de diepbedroefde moeder Eugenia Scholsberg in gesprek met Suriname Herald.
De vijfjarige Eurelsia Akkrum is in het Academisch Ziekenhuis Paramaribo (AZP) overleden. Ze hebben dat kind nooit bloed gegeven, terwijl ik daarvoor vocht. Volgens de moeder was het hemoglobinegehalte (Hb) van het kind 1,7. “Ze was mijn enige dochter en betekende heel veel voor mij.”
Scholsberg legt verder uit dat het kind in het Diakonessenhuis moest worden opgenomen, aangezien in dat hospitaal de behandelende arts werkzaam is. “Ik ervaar dit als een shock. Het is echt een klap voor mij, dat mijn kind op deze manier het leven heeft moeten laten. Dankzij de artsen heb ik mijn kind verloren.”
Volgens de moeder was het ziekenhuis in en uit vanaf zij in Paramaribo is aangekomen. “Ik heb de artsen echt gesmeekt om het kind bloed te geven en toch werd ze niet geholpen,” laat de moeder van de vijfjarige Eurelsia weten.
In het Diakonessenhuis zijn wij weggestuurd, terwijl zij zelf zag hoe Eurelsia achteruitging. “Ze moesten ons niet wegsturen, ze moest daar geholpen worden.” De arts die haar behandelde stuurde ons naar het AZP, omdat er geen plek was voor de opname in het Diakonessenhuis.
“Ik werk in het binnenland en was samen met Eurelsia daar. Ze zei tegen mij dat ze hoofdpijn had. Ik bracht haar toen naar de plaatselijke polikliniek en de zuster die haar had onderzocht vond haar een beetje bleek. Ik heb toen besloten om met haar naar Paramaribo te komen, omdat ik weet dat mijn kind last had van een lage salie. Ze had ook sikkelcelziekte en was onder behandeling van een kinderarts in het Diakonessenhuis. Die was op de hoogte van haar ziekte en daarom ben ik eerst naar dat ziekenhuis gegaan,” vertelt de moeder.
In het Diakonessenhuis is het meisje wel door een arts onderzocht. Ze kreeg toen een prikje en gaf daarna over. Toch zei de arts dat ik met haar naar huis moest, omdat er geen plek was om haar op te nemen. Toen ik uit het ziekenhuis vertrok sprak ik nog met een arts die had teruggekoppeld met de arts van mijn kind en het advies was dat mijn dochter genoeg water moest drinken en goed moest slapen. Aan mij is gezegd dat ik de volgende dag moest terugkomen, omdat haar Hb zo te zien laag was.
De moeder legt uit dat toen zij zich de volgende dag aanmeldde de arts niet aanwezig was. Aan de zuster zei ik dat ik mijn dochter niet meer naar huis zou meenemen, omdat het niet goed gaat. Ik werd verwezen naar het AZP. Daar aangekomen heeft ze een poos moeten wachten waarna wij door de verpleegster werden opgeroepen. Er zou bloed toegediend worden, maar daarvoor moest eerst op het resultaat worden gewacht, omdat zij haar hadden geprikt.
Eurelsia zou ook zuurstof toegediend krijgen, maar het resultaat moest eerst afgewacht worden. Aangezien het laat werd ben ik even naar huis gegaan, terwijl de zusters op het resultaat wachtten. “Ik ging toen naar haar, dekte haar af en vertrok. Omdat ik moe was, viel ik in slaap. Op een gegeven schrok ik wakker en zag ik een paar gemiste oproepen. Ik belde terug en hoorde AZP. Ik haastte mij toen naar het ziekenhuis. Daar aangekomen zag ik bloedvlekken op het laken waarop mijn dochtertje lag. Ze probeerden haar te reanimeren, maar het is niet gelukt. Ze was er niet meer,” vertelt de moeder emotioneel.