De ministers Gracia Emanuël van Regionale Ontwikkeling en Sport (ROS) en Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning leggen in gesprek met de Communicatiedienst Suriname uit wat de belangrijkste doelstellingen van het sportbeleid van de regering-Santokhi zijn en de financiële aspecten daaromheen. ROS heeft het sportbeleid vervat in een document, waarbij jeugdsport een van de belangrijkste beleidsgebieden is.
Volgens minister Emanuël wordt de basis gelegd vanaf het kind zijn. “We geven prioriteit aan de kinderen door schoolsport en buurtsport te bevorderen.
De bewindsvrouw zegt dat het decentraliseren van sport bijzonder prioriteit geniet. “Sport moet zowel in stad, district als in de rurale gebieden ontwikkeld worden. We willen sportfaciliteiten helemaal in Kwamalasamutu, maar de financiële middelen zijn schaars. Als ministerie proberen we toch de jongeren te bereiken met het sportbeleid welke we hebben gedecentraliseerd naar de districtscommissarissen. Ook in het achterland heb je de talenten die rondlopen, maar die ook uitkijken naar een helpende hand vanuit de overheid”, zegt de sportminister.
Minister Raghoebarsing zegt dat de portefeuille van sport niet ruim is. De bewindsman geeft aan dat de opdracht van de leiding van het land is om extra aandacht te schenken aan het sportbeleid. “Dit heeft zowel de aandacht van de president als de vicepresident. Zij zetten zich in dat daar waar er mogelijkheden zijn, die benut worden.”
Hij geeft aan dat er via het Sportontwikkelingsfonds van Staatsolie middelen beschikbaar gesteld zullen worden om duurzame sportontwikkeling te bewerkstelligen. De financiënminister merkt op dat het bedrijfsleven bereidwillig is om te investeren in sportprojecten.
Hij zegt verder dat de vooruitzichten op economisch gebied er goed uitzien. “Dit betekent dat er meer financiële ruimte zal zijn om te kunnen investeren in sport.” Behalve financiën is er volgens de regeringsfunctionaris vooral commitment nodig om grote prestaties neer te zetten.
“Topsport kan ook inspirerend zijn en kan bijdragen aan de nationale trots en identiteit. Wij hebben sporters en trainers nodig die gecommitteerd zijn. Natuurlijk moet de overheid investeren in sportinfrastructuur en -programma’s, zoals het bouwen van sportfaciliteiten en het trainen van coaches en atleten.”