Op 25 mei 2025 trekt Suriname opnieuw naar de stembus. De verkiezingen voor De Nationale Assemblee (DNA), de districts- en ressortraden staan dan op de agenda. Maar wie denkt dat daarmee het verkiezingsproces is afgerond, vergist zich. Want na de stembusgang begint een cruciale fase in het democratisch proces: de installatie van een nieuwe volksvertegenwoordiging, de verkiezing van haar voorzitter en vicevoorzitter, en uiteindelijk de verkiezing van de president en vicepresident van de Republiek Suriname.
Deze laatste stap – de verkiezing van de president – vormt het sluitstuk van onze verkiezingscyclus. Een cyclus die uitmondt in de verkiezing van de persoon die voor de komende vijf jaar het hoogste ambt in ons land zal bekleden. De president van Suriname is allesbehalve een ceremoniële figuur. Hij of zij bepaalt mede het wetgevend traject, de economische koers en het sociale beleid. Denk aan brandstofprijzen, belastingmaatregelen of de gezondheidszorg en veiligheid – allemaal gebieden waarop de president invloed uitoefent via beleidsmaatregelen en wetgeving.
Juist vanwege deze verstrekkende invloed is het essentieel dat de kiezer vooraf weet wie de presidentskandidaten zijn. In ons huidige politiek systeem is er geen sprake van een rechtstreeks gekozen president. Suriname kent een indirect systeem: DNA stemt eerst, en indien nodig beslist uiteindelijk de Verenigde Volksvergadering – een orgaan van bijna 1000 volksvertegenwoordigers.
De praktijk leert echter dat 34 assembleeleden volstaan om een president te kiezen. Dat zijn dus 34 stemmen die bepalen wie Suriname zal leiden – namens een bevolking van meer dan 600.000. En hoewel deze DNA-leden het volk vertegenwoordigen, is het de partijdiscipline die doorgaans de doorslag geeft. Partijen bepalen op wie hun DNA-leden stemmen.
Hier rijst een fundamentele vraag: hoe kan de burger invloed uitoefenen op de keuze van de president, als pas ná de verkiezingen duidelijk wordt wie de kandidaten zijn? Het antwoord is helder: door transparantie te eisen. Burgers dienen hun partijen ertoe aan te zetten om vóór de verkiezingen openheid van zaken te geven. Wie is jullie presidentskandidaat? Wie schuiven jullie naar voren als beoogd vicepresident?
Het is geen 1987 of 2000 meer. We leven in het jaar 2025, in een tijdperk waarin politieke bewustwording en transparantie steeds meer terrein winnen. Meerdere malen is door opeenvolgende leiders – van Bouterse tot Santokhi – beloofd dat de president voortaan rechtstreeks gekozen zou worden. Die belofte werd echter nooit ingelost. Tot het zover is, moet de burger de druk op politieke partijen opvoeren via een andere weg.
Het is weinig hoopgevend als bij de grootste oppositiepartij, de NDP, nog onduidelijkheid heerst over wie de presidentskandidaat is. Daar circuleren geregeld de namen van partijvoorzitter Jennifer Simons en oud-vicepresident Ashwin Adhin. In de VHP is intussen duidelijk gemaakt dat zittend president Chan Santokhi een tweede termijn ambieert. Voor de NPS is partijvoorzitter Gregory Rusland de kandidaat. En bij de ABOP is vicepresident en partijleider Ronnie Brunswijk de beoogde president.
Laat politieke partijen vóór 25 mei hun kaarten op tafel leggen. Alleen dan kan de burger zijn stemgedrag mede laten bepalen door het profiel, de visie en het leiderschap van de presidentskandidaat. Want als Partij A persoon X voordraagt en Partijen B en C andere kandidaten naar voren schuiven, dan kan de kiezer die informatie meenemen in haar stemgedrag.
De kiezer moet zich niet met dooddoeners het bos in laten sturen zoals: “We weten nog niet wie onze presidentskandidaat is”, of “Op 25 mei zijn het verkiezingen voor DNA”, of “Het zijn geen presidentsverkiezingen”, of “Laten we eerst kijken hoeveel zetels we binnenhalen.”
De burger wordt van alles beloofd. Ineens lijkt alles mogelijk. Die straat vol gaten die jarenlang niet werd aangepakt, wordt nu plotseling gerepareerd. De regering blijkt ineens wél in staat iets terug te geven aan het volk – iets wat bijna vijf jaar lang onmogelijk bleek. En dat alles om de stem van de kiezer. Men wil jouw stem om (opnieuw) plaats te nemen in het machtscentrum.
Maar na 25 mei zou jij zomaar kunnen veranderen in een roepende in de woestijn. Vijf jaar lang, zonder daadwerkelijke invloed op het beleid. Suriname kent geen tussentijdse verkiezingen, dus je blijft roepen in diezelfde woestijn.
Daarom moet de burger nu al weten wie de man of vrouw is die het land mag leiden. Alleen dan kan op basis van die informatie een weloverwogen stem worden uitgebracht. Dat is de essentie van democratie, waar zoveel partijen naar zeggen te streven.