Vrijdag 22 februari moest ik half vier ’s ochtends op, om naar Schiphol te gaan. Ik had een uitnodiging gekregen om als secretaris van het Decolonial International Network (DIN) de eerste bijeenkomst in Caracas bij te wonen van de International People’s Assembly. Het is een vergadering van activisten uit Afrika, Azië, Europa, Noord- en Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied, die zich inzetten in de strijd tegen imperialisme en kolonialisme. Die uitnodiging had ik gekregen, voordat de Amerikaanse coup met Guaidó in Venezuela was begonnen. Ik had twee keer eerdere uitnodigingen ontvangen om naar Venezuela te gaan (één keer voor een economische conferentie en één keer voor een bijeenkomst over reparations), maar kon niet gaan vanwege andere verplichtingen.
Vlak voordat we van huis vertrokken, kreeg ik een app van Ramon Grosfoguel, de voorzitter van DIN. Hij was al donderdag vanuit San Francisco aangekomen in Caracas. Ramon doceert sociologie op de University of California, Berkeley. Ik zou vliegen vanuit Amsterdam naar Parijs en dan overstappen op de vlucht naar Caracas. De vlucht naar Caracas zou zijn geschrapt. Ik had geen bericht gekregen van KLM en ging toch naar Schiphol. Mijn vrouw ging voor de zekerheid mee naar de incheckbalie in plaats van me af te zetten en door te rijden. Het bleek loos alarm te zijn. Ik kon gewoon inchecken en mijn bagage zou door geleid worden naar Venezuela.
De reis duurde een eeuwigheid. Met de KLM/Air France vertrokken we om 07.00 uur van Amsterdam naar Parijs en dan twee uur wachten en nog eens twee uur vertraging. Na negen uur vliegen landden we in Fort au France in Martinique voor een tussenstop. Twee uur later vlogen we door naar Caracas. Uiteindelijk kwam ik aan 22.00 uur Nederlandse tijd. In het vliegtuig zaten zo’n twintig activisten uit Afrika en Europa. We werden ontvangen door de organisatoren van de People’s Assembly. Vervolgens moesten we nog eens twee uur wachten op andere delegaties. Uiteindelijk waren we om 01.00 uur Nederlandse tijd in het hotel.
Je hebt dan tijd om met onze gastheren te praten over de situatie in Venezuela. Voormalige FBI-directeur Andrew McCabe heeft onthuld hoe president Trump lang voor Guaidó al het plan had opgevat om Venezuela binnen te vallen. “Why we’re not a war with Venezuela? They have all the oil and they’re in our back door,” zou Trump hebben gezegd. Het gaat duidelijk niet om democratie, maar om olie. De strategie om het leger te splitsen, werkt niet. Het overgrote deel van het leger staat achter de Bolivariaanse revolutie. De enige optie is een militaire invasie, maar dan niet met grote eenheden Amerikaanse soldaten, maar met het leger van Columbia en Brazilië geleid door Amerikaanse adviseurs, technologie en materieel. Daarom wordt aan de grens met Brazilië en Columbia een situatie gecreëerd die kan leiden tot een militair conflict. Het doel is dan om een stuk grondgebied van Venezuela in handen te krijgen en Guaidó daar een bevrijd Venezuela te laten uitroepen. Van daaruit zou dan een grotere militaire invasie in de rest van het land voorbereid worden. Dat is ongeveer in Libië gedaan waar jihadisten met steun van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NATO) Bengazi hebben ingenomen, waarna NATO met bombardementen de rest van het land vernietigde en de jihadisten konden overnemen. In Venezuela moet extreem-rechts overnemen.
Columbia is in 2018 lid geworden van de NATO, hoewel het een Latijns-Amerikaans land is. Als bij de Colombiaanse grens een conflict ontstaat, dan zou de NATO kunnen inkomen en de oorlog opschalen naar grotere proporties. Om dit doel te bereiken zetten de Amerikanen een militaire infrastructuur op Curaçao, in Columbia en Brazilië met adviseurs en technologie op, om de operaties te kunnen leiden. Dat gebeurt onder het mom van de organisatie van humanitaire hulppakketten voor Venezuela die vanuit Curaçao, Brazilië en Columbia binnengebracht moeten worden.
Gisteren was het eerste conflict aan de grens met Brazilië. Het Braziliaanse leger heeft vijf inheemsen doodgeschoten en schoven dat in de schoenen van Maduro. De inheemsen in Brazilië voeren al langer strijd voor hun grondrechten. De extreem-rechtse regering van Bolsonaro is fel gekant tegen die strijd van de inheemsen. In de westerse media (wiens nieuws gekopieerd wordt in de Surinaamse media) wordt de Venezolaanse versie van het verhaal niet verteld. Maduro heeft aangegeven dat het om een valse vlag gaat. Venezuela gebruikt andere wapens dan Brazilië. De kogels kunnen gecontroleerd worden. Bovendien steunt Maduro de inheemsen. Brazilië schiet inheemsen dood en schuift de schuld in de schoenen van Venezuela. Zo wordt het klimaat geschapen om een invasie te rechtvaardigen.
Het is heel erg laat geworden. Ik val heel erg moe in slaap.
Sandew Hira