Onlangs is met veel tamtam het landelijke campagneteam van de VHP geïnstalleerd. Ik kon mijn ogen en oren niet geloven toen ik zag dat een actief dienende districtscommissaris ook lid is van dat campagneteam. Het gaat hier om de districtscommissaris (dc) van het district Saramacca, mevrouw Sherin Bansi-Durga.
Het is staatsrechtelijk volstrekt onbetamelijk dat een actief dienende dc zijn of haar politieke kleur vertoont. Zij dient boven de partijen te staan en mag niet actief participeren bij partijpolitieke activiteiten van welke partij dan ook. Zij moet volledige neutraliteit uitstralen. Ik citeer de autoriteit op het gebied van decentralisatie, de heer Bas Ahmadali (in zijn artikel Profiel van een districtscommissaris): “De dc moet zich boven alle partijen en partijbelangen kunnen verheffen om te kunnen doorgaan als een gezaghebbende dc, die – mede op basis van zijn maatschappelijk gedrag – respect afdwingt zowel van de plaatselijke bevolking als van de centrale overheid.”
In hetzelfde artikel stelt Ahmadali het volgende: “En als bestuursorgaan is hij qualitate qua vertegenwoordiger van de regering, en ook van elk ministerie afzonderlijk in zijn district; voorts is hij ambtenaar van de burgerlijke stand, hulpofficier van justitie, voorzitter van het hoofdstembureau, voorzitter van de districtsraad, hoofd van het districtsbestuur en bovenal een burgervader, die waakt over de belangen van de burgers, zoals dat een goede huisvader betaamt, ongeacht zijn politieke, etnische en religieuze geaardheid.”
De eed die zij heeft afgelegd staat haar partijpolitieke activiteiten eveneens in de weg. In het volgende wetsartikel wordt deze eed vermeld.
Artikel 32 lid 2 Wet Regionale Organen
Alvorens zijn ambt te aanvaarden legt de districtscommissaris in handen van de president de volgende eed (verklaring en belofte) af: “Ik zweer (verklaar) dat ik, middellijk noch onmiddellijk, onder welke naam of welk voorwendsel dan ook, in verband met mijn benoeming tot districtscommissaris, aan iemand, wie hij ook zij, iets heb gegeven of beloofd, noch zal geven of beloven. Ik zweer (beloof) dat ik, om iets hoegenaamd in dit ambt te doen of te laten, van niemand hoegenaamd enige belofte of geschenken zal aannemen, middellijk of onmiddellijk. Ik zweer (beloof) dat ik het ambt van districtscommissaris nauwgezet zal vervullen, en dat ik het welzijn van Suriname in het algemeen en van mijn district in het bijzonder naar best vermogen zal bevorderen. Ik zweer (beloof) gehoorzaamheid aan de Grondwet en andere wettelijke regelingen aan regeringsvoorschriften, en trouw aan de Republiek Suriname. Zo waarlijk helpe mij God Almachtig (Dat verklaar en beloof ik).”
Commentaar:
In politieke campagnes worden allerlei zaken beloofd, maar zij mag als dc niets beloven, middellijk noch onmiddellijk (dus niet indirect, maar ook niet direct). Wil zij niet in gedrang komen met de eed die zij heeft afgelegd, is het aan haar om af te treden als dc en vervolgens naar hartenlust politieke campagne te voeren.
Artikel 10 lid 2 Staatsbesluit van 23 juli 1990, ter uitvoering van artikel 32 lid 1 van de Wet Regionale Organen (S.B. 1989 No. 44) (Instructie districtscommissaris):
“Waar nodig en zonder aanzien des persoons zal hij trachten zo mogelijk hulp en bijstand te verlenen, zal hij van advies dienen en zal gegronde klachten en grieven naar redelijkheid tegemoetkomen.”
Commentaar:
Om aan deze bepaling te kunnen voldoen, moet je als dc een politiek ongekleurde uitstraling hebben. Je dient als dc neutraliteit uit te stralen. Je moet je inwoners niet de geringste kans geven om te denken dat je niet boven de partijen staat en dat je niet zonder aanzien des persoons hulp en bijstand verleent.
Verder:
Volgens artikel 26 lid 3 van de Kiesregeling is de dc voorzitter van het hoofdstembureau in haar district. Ook deze functie vereist een voorzitter die boven de partijen staat, waarbij haar politieke kleur van ondergeschikt belang is.
Het is overigens niet de eerste keer dat de dc van Saramacca actief heeft deelgenomen aan partijpolitieke activiteiten. Op 8 juni 2024 heeft zij actief partijpolitieke propaganda gevoerd namens de VHP, met een flyer van die partijcampagne.
Prominenten van de VHP had ik toen kenbaar gemaakt dat dit ongehoord is, maar blijkbaar heeft niemand oog voor de staatsrechtelijke en rechtsstatelijke correctheid en zuiverheid. Noot: Op deze partijpolitieke vergadering is zelfs een dienstwagen van het Commissariaat van Saramacca gebruikt voor het vervoer van stoelen.
Ook de partijvoorzitter van de VHP
Het is decennialang een staatsrechtelijk probleem in Suriname dat de voorzitter van een politieke partij tevens president van het land is. Ik heb meerdere keren erop gewezen dat dit staatsrechtelijke kwakzalverij is. In het verleden heeft president Chan Santokhi kritiek gehad op het feit dat voormalig president Desi Bouterse dubbele petten ophad (hij was president en partijvoorzitter van de NDP).
Nu maakt hij zich schuldig aan datgene waarop hij toen kritiek had: hij is president en partijvoorzitter van de VHP. Toen hij president werd, had hij afstand moeten doen van het partijvoorzitterschap van de VHP. Ik zal nu maar niet schrijven over de staatsrechtelijke onzuiverheden met betrekking tot de handelingen van first lady, Mellisa Santokhi-Seenacherry.
Indien de partijvoorzitter van de VHP niet het goede voorbeeld geeft, verwacht ik ook niet dat zijn partijonderdanen (de dc van Saramacca) het goede voorbeeld zullen geven. Het is nog niet te laat, alleen de wil daartoe moeten zij hebben. Vooral niet te vergeten: de staatsrechtelijke en rechtsstatelijke inborst.
Sunil Sookhlall