In de dagen voor de definitieve uitspraak van de Krijgsraad in de verzetszaak inzake de Decembermoorden, werd door de veroordeelde Desi Bouterse en zijn volgelingen verkondigd dat er een invasie op komst was en dat de vermoorde slachtoffers een invasie wilden plegen of daaraan wilden meewerken. Dit werd als rechtvaardigingsgrond gebruikt. Laten wij nu een keertje aannemen dat Bouterse niet gelogen heeft in deze kwestie.
Laten wij aannemen dat er daadwerkelijk een invasie op komst was en dat de slachtoffers daadwerkelijk wilden meewerken aan de invasie. Dan nog was het niet noodzakelijk om ze te vermoorden.
Wij beschrijven hieronder de meest gehoorde stellingen van de afgelopen veertig jaar.
Stelling 1: Het buitenland wilde een inval plegen in Suriname; er was een invasie op komst
Dit argument gaat niet op, want de vermoorde personen waren al geneutraliseerd. De slachtoffers waren allemaal aangehouden en in de cel gestopt. Zij vormden dus geen enkel gevaar meer voor Bouterse of voor Suriname.
Stelling 2: Het buitenland had de slachtoffers aangespoord om Bouterse ten val te brengen
Ook dit argument gaat niet op, want de vermoorde personen waren al geneutraliseerd.
Stelling 3: Bouterse moest zich verdedigen, want de slachtoffers wilden hem vermoorden
In dat geval was de verdediging met de aanhouding van de slachtoffers reeds een succes, want de slachtoffers waren in de cel.
Stelling 4: De onschuld van Bouterse ligt verborgen in de geheime Nederlandse archieven
Deze stelling is stemmingmakerij, want wij hebben eerder al gepubliceerd wat er allemaal in die geheime archieven staat, met bewijs en al. In de geheime archieven staat er niks over de Decembermoorden.
Stelling 5: Bouterse was bang voor zijn kameraden die de moorden gepleegd hebben en kon niets ondernemen tegen hen
Dit is vergelijkbaar met de “stelling der platte aarde”; volstrekt onwaar dus. Het is aan niemand uit te leggen dat Bouterse gedurende de periode van 1982-1987 constant met de staart tussen de benen heeft gelopen in het Fort Zeelandia. Diverse getuigen hebben verklaard dat tijdens de executies Bouterse aanwezig was in het fort en dat de opdrachten van hem kwamen.
Zijn strijdmakker Roy Horb heeft in duidelijke bewoordingen tegen één van de getuigen op 8 december 1982 gezegd dat Bouterse de opdracht tot de moorden gaf (terwijl de executies op dat moment nog gaande waren). Overigens was het Bouterse die vóór de moorden publiekelijk op een bijeenkomst gezegd had dat hij Cyrill Daal (één van de slachtoffers) ‘contant’ zal betalen.
Toen de slachtoffers André Kamperveen en Josef Slagveer in de middag hun interview moesten afstaan op 8 december 1982, waren zij eerst geconfronteerd met de lijken van Rambocus en Sheombar die in de ochtend tussen 09.30 en 10.30 uur reeds vermoord waren. Dit, om Kamperveen en Slagveer onder zware psychische druk te zetten. Zij stonden doodsangsten uit en zagen de dood voordat zij vermoord werden. Na hun interview werden ze toch één voor één vermoord, ondanks hun verklaringen op TV waarbij zij dachten dat zij bespaard zouden blijven door het afleggen van de verklaringen.
De andere slachtoffers hebben ook de dood gezien voordat zij vermoord waren, want getuigen hebben verklaard het geschreeuw en smeekbedes van de slachtoffers gehoord te hebben voordat zij geëxecuteerd zijn.
Noot: Eén van de schutters behorende tot het executiepeloton dat geschoten heeft, behoorde ook tot de getuigen. Dit vermelden wij erbij, omdat ‘Boutisten’ vaak zeggen dat wij er niet bij waren. Nou daar kunnen wij kort in zijn: wij waren er niet bij, maar Bouterse wel. Overigens is de informatie afkomstig van de direct betrokkenen, waaronder één van de schutters zelf (blijkt uit de verhoren).
Gelet op het bovenstaande, staat het vast dat er geen enkele noodzaak was om de slachtoffers te vermoorden. Die zijn in koelen bloede vermoord uit rancune, wraak, machtswellust en moordzuchtigheid. Bouterse en consorten dachten te kunnen bepalen wie wel of niet moest leven.
Al degenen die de Decembermoorden zitten te bagatelliseren en Bouterse zitten te bejubelen, willen wij slechts één vraag stellen: “Zou u op dezelfde manier gereageerd hebben indien uw vader, zoon of broer op gruwelijke wijze vermoord zou zijn, zoals het op 8 december 1982 aan toe ging?”.
Sunil Sookhlall & Kries Mahabier
