In dit stuk ga ik dieper in op het ghetto-vraagstuk van Suriname, met name in Paramaribo, omdat de mensen die daar wonen geen intelligente stem hebben die voor hun belangen opkomt. De ghetto-bewoners worden al vijftig jaar voor de gek gehouden door hun Papa en Mama, de NPS en de NDP. En ze komen weer stemmen bedelen bij deze groep, die ze vijftig jaar lang hebben uitgebuit. In het bijzonder de Ghetto Papa, de NDP van militairen, die met US$ 4 miljard staatsschuld het ultieme monument van sociaal onrecht heeft achtergelaten. Wetende dat die schuld nooit wordt afgelost door villabewoners aan de Surinamerivier, maar door de mensen in de ghetto’s, die al generaties lang betalen voor het wanbeleid van anderen.
Er wordt veel gekakeld en uitgescholden zonder na te denken. Lees dit stuk eerst goed voordat je begint uit te schelden en dommigheid uitkraait.
Ghetto’s ontstaan niet zomaar. Ze zijn zelden het resultaat van ‘luiheid’ of ‘eigen schuld’, zoals politieke retoriek het soms wil doen voorkomen. Integendeel: wetenschappelijk onderzoek van de afgelopen vijftig jaar wijst uit dat ghetto-vorming een logisch gevolg is van structurele sociale, economische en politieke processen — vooral in ontwikkelingslanden zoals Suriname.
Waar in het Westen ghetto’s vaak samenhangen met ras en migratiegeschiedenis, liggen in ontwikkelingslanden de oorzaken vooral in sociaal-economische ongelijkheid, gebrekkig overheidsbeleid en de erfenis van koloniale machtsstructuren.
Ghetto Papa, NPS, Frank Essed met zijn West-Suriname
De NPS is de Ghetto Papa van Suriname. Ik leg uit, lesi bun!
Toen de “Bakra kolonisator” Suriname in 1975 ongeveer 3,4 miljard gulden gaf voor huisvesting, onderwijs en gezondheidszorg, vond professor, doctor, meester, god, grote zoon Essed samen met zijn bendeleden van de NPS het nodig om een groot deel van dit geld, dat bedoeld was voor goede dingen, te verbrassen door een ghetto te bouwen in West-Suriname. Ga maar vandaag kijken: zelfs de ergste ghetto in Suriname ziet er beter uit dan West-Suriname. Frank Essed moest een plan schrijven — een verzinsel — zodat de slimme NPS’ers de ‘Bakra’ voor de gek konden houden en zo het geld, die 3,4 miljard gulden, konden afpakken.
Dus kwam er een stad in de bush-bush van West-Suriname! Op een bevolkingsaantal van 350.000 Surinamers dachten deze dieven van de NPS dat ze het land konden redden door een ghetto te creëren in West-Suriname. Hoeveel van de 350.000 Surinamers zouden met hun gezin verhuizen naar de ghetto in West-Suriname? Ze konden hun eigen achterban niet helpen in Paramaribo, maar dachten dat ze dat wel zouden kunnen doen door de ghetto in West-Suriname te creëren. Zie hier hoe de NPS-dieven het land hebben bestolen en zo de basis hebben gelegd voor de huidige Surinaamse ghetto’s. Geen huisvesting, geen onderwijs, geen gezondheidszorg. En dat is nu te merken.
Dan hebben we de NDP, Ghetto Papa, Bouterse met zijn militairen
Toen men zag dat al het geld door de NPS-dieven werd opgemaakt in de West-Suriname ghetto, en de militairen niet genoeg verdienden, kwamen de militairen in opstand. De staatsgreep zorgde ervoor dat alle NPS’ers, de gehele top, inclusief de grote zonen, grote verkwanselaars Aaron, Frank Essed en anderen, maandenlang en in sommige gevallen jarenlang in de gevangenis belandden. Waarom? Omdat men toen wist dat het geld dat de ‘Bakra’s’ voor de ontwikkeling van het land hadden gegeven, werd opgemaakt door de NPS-bende met allemaal onzin, onrealistische plannen die door Essed en anderen geschreven moesten worden.
Maar de NDP-bende was niet beter. Tot laatst nog, van 2010–2020, was de Papa van de ghetto, de NDP, aan de macht. Toen werd een schuld van US$ 4 miljard opgebouwd. En de ghetto heeft — behalve wat porties en pakketten — niets gezien van ontwikkeling.
Dus zie hier de rol van Papa, de NPS, en de Mama, de NDP, in de ghetto-vorming van Suriname als gevolg van pure ordinaire diefstal!
NPS- en NDP-aanhang zit veelal in Surinaamse ghetto’s
De Aziatische groep Surinamers is duidelijk ondervertegenwoordigd in de Surinaamse ghetto’s van de hoofdstad Paramaribo. Dit komt enerzijds doordat deze groepen vooral in de districten woonden en actief waren in de landbouw. Ze konden op deze manier via de landbouw zelfvoorzienend zijn, sparen en hun kinderen laten doorstuderen. Zo ging deze groep, door hard te werken op het land in de felle Surinaamse zon, vooruit.
De stedelingen hadden deze kansen niet en wilden niet in de felle zon werken op het land, en dus vielen zij door het slechte economische beleid van de NDP en de militairen steeds verder weg (jaren 80). Ook al was er armoede in de districten, er was geen ghetto zoals in Paramaribo. De Aziatische politieke partijen zorgden beter voor hun achterban dan de NPS en de NDP hebben gedaan in de afgelopen vijftig jaar. Een recent onderzoek van de VN bevestigt dit ook.
Wat is een ghetto?
Socioloog Loïc Wacquant (2008) omschrijft een ghetto als een stedelijk gebied waar armoede, uitsluiting en sociale controle samenkomen. In ontwikkelingslanden manifesteert dit zich vaak als sloppenwijk, favela, shantytown of bidonville. De kenmerken blijven universeel: overbevolking, informele economie, gebrekkige infrastructuur, slechte huisvesting en minimale toegang tot basisvoorzieningen zoals water, elektriciteit, onderwijs en gezondheidszorg.
1. Gebrek aan stedelijke planning en explosieve urbanisatie
Sinds de jaren zeventig laten ontwikkelingslanden een ongekende groei van stedelijke bevolking zien. De Wereldbank (2013) waarschuwt al decennia dat deze urbanisatie vaak ongecontroleerd verloopt. Mensen trekken massaal naar steden vanwege werkgelegenheid of om te ontsnappen aan rurale armoede, maar vinden daar geen betaalbare huisvesting.
De VN-onderzoeksgroep UN-Habitat (2016) stelt dat 1 op de 3 stedelingen in ontwikkelingslanden in informele nederzettingen woont. Steden als Lagos (Nigeria), Dhaka (Bangladesh), Nairobi (Kenia) en zelfs Paramaribo in Suriname kennen deze problemen.
2. Koloniale erfenis en ongelijkheid
Wetenschappers zoals Mike Davis (Planet of Slums, 2006) tonen aan dat de inrichting van steden in ontwikkelingslanden vaak teruggaat op koloniale segregatie. Koloniale machten verdeelden steden in een ‘rijke blanke kern’ en een ‘arme periferie’.
Na de onafhankelijkheid is deze ongelijkheid vaak structureel in stand gehouden door politieke elites, die zelf profiteren van de centrale stadsvoorzieningen, terwijl de arme bevolking wordt overgelaten aan geïmproviseerde woonwijken zonder infrastructuur.
3. Politieke corruptie en cliëntelisme
In veel ontwikkelingslanden fungeert de ghetto als een politiek reservoir. Wetenschappelijk onderzoek in Latijns-Amerika en Sub-Sahara Afrika (Auyero, 2001; Van Dijk, 2012) laat zien dat politieke partijen doelbewust investeren in kortetermijnoplossingen (zoals voedselpakketten, cash transfers of infrastructuurprojectjes) tijdens verkiezingstijd — zonder duurzame oplossingen te bieden.
Dit systeem van cliëntelisme houdt armoede in stand en verhindert structurele ontwikkeling. Politieke leiders hebben immers meer baat bij een afhankelijk en controleerbaar electoraat. De Ghetto Mama en Papa, NPS en NDP, zijn hier meester in. Het volk dom houden en manipuleren. Dit gedrag zie je niet bij de Aziatische politieke partijen, VHP, PL. Ook ABOP stimuleert onderwijs als hoofdprioriteit.
4. Informele economie en sociale uitsluiting
Omdat de formele arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden vaak beperkt is, zijn bewoners van ghetto’s aangewezen op de informele sector: straatverkoop, kleinschalige handel, overlevingsarbeid.
Onderzoek (Portes & Castells, 1989) toont aan dat deze informele economie enerzijds zorgt voor sociale overleving, maar anderzijds leidt tot permanente onzekerheid, gebrek aan rechten, slechte arbeidsvoorwaarden en belastingontduiking — waardoor overheden geen geld hebben om te investeren in stedelijke ontwikkeling.
5. Stigmatisering en uitsluiting
De sociaalpsychologische effecten van leven in een ghetto zijn groot. Onderzoek van Loïc Wacquant (2008) en Teresa Caldeira (2012) laat zien dat bewoners worden gestigmatiseerd als ‘gevaarlijk’, ‘lui’, ‘crimineel’ of ‘onwaardig’. Dit leidt tot discriminatie bij onderwijs, werk en publieke diensten.
In Suriname spreekt men bijvoorbeeld in populaire termen over ‘buitengebiedbewoners’ of ‘ghettojeugd’, alsof deze mensen een aparte soort zijn — terwijl ze vaak simpelweg slachtoffer zijn van structurele uitsluiting.
Oplossingen om de ghetto-problematiek aan te pakken
Dus geen Frank Essed-achtige verhalen meer, NPS Ghetto Mama. Juist: groot denken, klein doen. Geen grote bedragen lenen, NDP Ghetto Papa. Wat moet er dan wel gebeuren?
1. Investeer in betaalbare huisvesting, zodat gezinnen niet langer gevangen zitten in krottenwijken zonder toekomstperspectief.
2. Verbeter de infrastructuur in arme wijken — water, riolering, wegen en verlichting zijn geen luxe, maar basisrechten.
3. Zorg voor gratis toegang tot goed onderwijs en betaalbare gezondheidszorg, zodat armoede niet langer van generatie op generatie wordt doorgegeven.
4. Doorbreek het politieke vriendjesnetwerk en voer transparant bestuur, zodat beleid niet langer draait om pakkettenpolitiek maar om structurele oplossingen.
5. Stimuleer inclusieve stedelijke planning waarbij ook de stem van de bewoners in de ghetto’s meeweegt — want steden zijn er voor mensen, niet alleen voor elites.
Conclusie: Een ghetto is geen pech – het is politiek
Een ghetto bouw je niet zelf — een ghetto wordt voor je gebouwd. Steen voor steen, jaar na jaar, door falend beleid, corrupte leiders en politieke arrogantie. Geen enkel kind kiest ervoor om op te groeien zonder kansen, zonder toekomst, zonder waardigheid. Dat is geen toeval of natuurverschijnsel — dat is mensenwerk.
Feit is: na vijftig jaar kunnen we concluderen dat de Ghetto Mama en de Ghetto Papa, NPS en NDP, niet goed hebben gezorgd voor hun kinderen. Het verschil is duidelijk: na vijftig jaar hebben de Aziatische politieke partijen een veel betere job gedaan. Ook de ABOP heeft het goed begrepen en goed gedaan!
En in Suriname weten we precies wie daarvoor verantwoordelijk zijn: de oude politiek in zijn volle glorie. Partijen die decennialang mooi konden praten, maar systematisch faalden in daden: de Ghetto Mama NPS. En in het bijzonder de Ghetto Papa, de NDP van militairen, die met US$ 4 miljard staatsschuld het ultieme monument van sociaal onrecht heeft achtergelaten. Wetende dat die schuld nooit wordt afgelost door villabewoners aan de Surinamerivier — maar door de mensen in de ghetto’s, die al generaties lang betalen voor het wanbeleid van anderen.
De vraag is dus niet hoe een ghetto ontstaat. De vraag is: hoeveel verkiezingen laat je je nog voor de gek houden voordat je het zelf afbreekt? Want uiteindelijk is een ghetto geen keuze van de bewoners — het is een gevolg van keuzes van machtige mensen elders.
Dus kies je partij goed uit. Je hebt nu vijftig jaar geschiedenis met harde bewijzen wie het land wel of niet heeft verkwanseld. De rol van de NPS en NDP, Ghetto Mama en Ghetto Papa, is nu duidelijker dan ooit!
Dr. Ashwin Ramcharan RO