De ondernemer Jean ‘Saya’ Nixon is door de kantonrechter integraal vrijgesproken van valsheid in geschrifte, oplichting en witwassen wegens gebrek aan bewijs. Ook de medeverdachten, de douaniers Jeffrey Chin See Chong en Rignon Gambier, zijn vrijgesproken. Deze verdachten werden vertegenwoordigd door de advocaten Benito Pick, Raoul Lobo, Murwin Dubois, Derrick Veira en Irvin Kanhai.
De kantonrechter verwees naar artikel 19 van de Wet Tarief van Invoerrechten en de wet van 2 juni 2004, houdende nadere wijziging van de Wet Tarief van Invoerrechten 1996 (S.B. 1995 no. 111, zoals laatstelijk gewijzigd bij S.B. 2002 no. 112). Uit het strafdossier blijkt dat er onderfacturering heeft plaatsgevonden bij de invoer van een voertuig door Saya.
Hierover is tijdens de zitting een getuige gehoord, die onder andere verklaarde dat in de praktijk zaken van onderfacturering vaak buiten proces worden afgehandeld. Daarbij bestaat de mogelijkheid dat, indien er geen naheffing volgt, de staat inkomsten kan mislopen.
Volgens de Navorderingswet bestaat de mogelijkheid om het verschil alsnog te betalen. Ze gaf ook aan dat gevallen van onderfacturering niet aan de kantonrechter worden voorgelegd, omdat de wet de mogelijkheid biedt om het bedrag van de naheffing alsnog te voldoen. Daarnaast is Saya steeds bereid geweest te betalen, maar werd hem telkens gezegd te wachten. Het aanbod van Saya om te betalen werd eerst geaccepteerd, maar later weer geblokkeerd.
De kantonrechter gaf verder aan dat, gelet op de omstandigheden en hun onderlinge samenhang, evenals de ernst van de tenlastegelegde feiten, de magistraat van oordeel is dat er geen sprake is geweest van een redelijke en billijke belangenafweging. De officier van justitie heeft hierdoor gehandeld in strijd met de beginselen van een goede procesorde. Dit betreft een geval waarin normaliter niet tot vervolging wordt overgegaan. Het overgaan tot vervolging heeft geleid tot schending van de goede procesorde, alsook tot schending van het gelijkheidsbeginsel en heeft willekeur in de hand gewerkt.
Eerder deed de officier van justitie een strafvoorstel van drie jaar onvoorwaardelijke gevangenisstraf, gevangenneming en een geldboete van SRD 750.000 voor openstaande belastingschulden. Daarnaast eiste de officier ook de verbeurdverklaring van alle roerende en onroerende goederen van Saya.
Voor de twee andere verdachten, te weten Chin See Chong en Gambier, stelde de officier een straf voor van twaalf maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf en een geldboete van SRD 100.000 wegens valsheid in geschrifte en oplichting.
Saya werd op 7 oktober 2022 in verzekering gesteld op verdenking van valsheid in geschrifte, oplichting van de staat en witwassen van geld, maar werd op 3 januari 2023 voorlopig in vrijheid gesteld, nadat de douane-inspecteur en de chef van het Douane Informatiecentrum waren gehoord door rechter Ravenberg.
