Tijdens een discussie in het programma Taki, georganiseerd bij RFG Meat on Coals aan de Mangrovestraat in Beekhuizen, bespraken panelleden de uitdagingen en de toekomst van het vakbondswezen in Suriname. De discussie vond afgelopen zaterdag plaats en maakte duidelijk dat de relatie tussen politiek en vakbond een uitdaging vormt voor de vakbeweging in Suriname.
De stelling was: ‘Het groeiende wantrouwen van de samenleving ten opzichte van vakbondsleiders en vakbondswerk ondermijnt de effectiviteit van vakbonden in het behartigen van werknemersbelangen. Het lijkt alsof de eens zo machtige vakbonden zodanig worden gedesavoueerd dat zij alsmaar aan het kortste eind trekken’.
Michael Sallons, voorzitter van de Werknemers Organisatie OW (WOOW), begon met een nostalgische terugblik op de hoogtijdagen van de vakbeweging. “Let the union be the union again”, stelde hij, verwijzend naar de periode waarin sterke leiders zoals Derby en Daal de eenheid en macht van de vakbonden symboliseerden.
Sallons sprak zijn hoop uit dat de vakbeweging weer haar oude positie als de vierde macht in de samenleving zou herwinnen. Lloyd Pool, voorzitter van de Algemene Bond van Personeel in dienst van het Academisch Ziekenhuis (ABPLAZ), wees op de interne verdeeldheid en passiviteit onder leden. Hij benadrukte dat veel werknemers hun rechten niet kennen en dat de vakbondsleiders vaak vergeten hun politieke pet af te zetten bij vakbondswerk.
Robby Berenstein, voorzitter van de vakcentrale C-47, gaf aan dat de stelling een vertekend beeld schetst. Hij benadrukte dat veel belangrijk vakbondswerk onzichtbaar blijft voor de samenleving. “Vakbondswerk is meer dan alleen conflicten en stakingen. Er wordt hard gewerkt aan cao’s, personeelsbeleid, en er is overleg met de regering over diverse issues.”
Victor Jones, directeur van het Scholingsinstituut voor de vakbeweging in Suriname (SIVIS), wees erop dat vakbondswerk niet los te zien is van bredere maatschappelijke ontwikkelingen. “De samenleving ziet zaken die wantrouwen veroorzaken”, zei hij.
Ronald Assen, voormalig minister van Planning en Ontwikkeling en Defensie, voegde daaraan toe dat vakbondsleiders vaak verstrikt raken in partijpolitiek, wat hun effectiviteit schaadt. “Als een vakbondsleider partijpolitiek actief is en zijn partij zit in de coalitie, dan wegen zijn politieke belangen zwaarder dan die van de arbeiders”, aldus Assen.
Uit de zaal kwamen kritische vragen over de passiviteit van leden en het gebrek aan eenheid binnen de vakbeweging. Sallons wees op de invloed van politieke beloften die leden ertoe aanzetten zich uit te schrijven bij vakbonden. Hier gaat het vooral om kleinere bonden.
“De bonden zijn er nog, maar zonder leden”, zei hij. Berenstein benadrukte het belang van een evenwichtige benadering waarbij zowel vakbond als politiek samenwerken om werknemersbelangen te behartigen. “Het gaat om belangenbehartiging op zowel bedrijfsniveau als politiek niveau,” verklaarde hij. Jones bekritiseerde de focus op negatieve aspecten van vakbondswerk.
“Gebrek aan kameraadschap en solidariteit zijn vervlogen kenmerken van de vakbeweging,” merkte hij op. Hij stelde dat de politiek gebruik maakt van de vakbeweging, in plaats van andersom.
De panelleden waren het erover eens dat de vakbeweging moet werken aan het herstellen van vertrouwen en betrokkenheid onder de leden. Pool gaf aan dat bij ABPLAZ leden actief worden betrokken door vakbondsopleidingen en regelmatige informatievoorziening. De discussie toonde een breed scala aan meningen en inzichten over de uitdagingen waarmee het vakbondswezen in Suriname wordt geconfronteerd.
Ondanks de kritiek en het wantrouwen blijft er een duidelijke roep om een sterkere, meer verenigde vakbeweging die effectief de belangen van werknemers kan behartigen. “We moeten de vakbeweging terugbrengen naar hoe het was”, concludeerde Sallons, waarbij hij de hoop uitsprak dat de vakbeweging haar essentiële rol in de samenleving zal herwinnen.
Taki is een praatprogramma dat als doel heeft de kloof tussen de politiek en de gemeenschap te verkleinen door maatschappelijke, economische, sociale als culturele issues aan de kaak te stellen, te bespreken, teneinde oplossingsmodellen aan te dragen.