Een groep bestaande uit tien scouts en vijf begeleiders zal dit jaar meedoen met de Jamboree die gehouden wordt in Zuid-Korea. Het tekort aan deelnemers aan de Jamboree is te wijten aan het ontbreken van sponsoring en onvoldoende financiële middelen om de kosten te dekken.
Oorspronkelijk bestond de groep uit 40 scouts, maar slechts 10 van hen zijn in staat om deel te nemen, zegt Wilgo Koster, hopman van de Boy Scouts van Suriname, in een interview met Suriname Herald.
“We zijn al twee jaar bezig met de voorbereiding en het is de afgelopen periode vreselijk moeilijk gegaan. De situatie rond onze economie maakt het moeilijk. We hadden wel graag dat alle 40 kinderen mee konden naar de Jamboree,” geeft hij aan.
Het is de 25ste Jamboree die gehouden wordt. De groep van Suriname vertrekt op 29 juli. Ongeveer 50.000 kinderen uit verschillende delen van de wereld zullen deelnemen.
Koster zegt verder dat er contact is opgenomen met de overheid en gehoopt wordt dat die de padvinderij wil ondersteunen. Hoewel het verkrijgen van sponsoring niet gemakkelijk is, blijft de organisatie hopen dat de kinderen nog steun zullen ontvangen. “We kijken nog steeds uit naar mogelijkheden en blijven positief,” voegt hij toe.
“In Suriname staan we erom bekend op het laatste moment hulp te krijgen.” De kosten per persoon bedragen 3500 euro. Volgens hem zijn er gesprekken geweest met de SLM, die een positief verloop hadden.
De Boyscout van Suriname telt 2500 padvinders. Hoewel de vraag naar padvinderij nog steeds aanwezig is, is er een tekort aan leiders. De bestaande groepen worden daardoor steeds zwaarder belast. Mensen tonen minder bereidheid om vrijwilligerswerk te doen.
“Het leven is duurder geworden, maar als we allemaal zeggen dat we het te druk hebben, lopen we het risico om later in de maatschappij de essentiële maatschappelijke vorming te missen,” stelt Koster.
Het bedrijfsleven, de banken en andere financiële instellingen kunnen een rol spelen door in te spelen op de speciale doelgroepen die betrokken zijn bij de padvinderij. “We vragen niet om geld, maar ondersteuning is van groot belang. Brandstof kan bijvoorbeeld ook een waardevolle vorm van ondersteuning zijn,” merkt Koster op.