Het ministerie van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) heeft in 2022 SRD 413 miljoen besteed aan het uitbetalen van lonen en salarissen. In 2021 was dat ongeveer SRD 334 miljoen. BIBIS-minister Albert Ramdin zei gisteren bij een persconferentie van het ministerie over het jaarverslag van 2022 en de vooruitzichten van 2023, dat vorig jaar veel meer is uitgegeven vanwege de koersontwikkeling en looncorrecties.
Het ministerie telt 293 werknemers waarvan 230 in de thuisdienst werken. Op de buitenposten werken 63 personen. Ramdin deelde mee dat Suriname zeventien missies heeft waaronder veertien ambassadeurs en drie consulaten-generaals. Het gaat dus om ongeveer vier personen per missie. De departementsleiding gaat in 2023 voor bemensing van de buitenlandse dienst. Dit moet volgens de minister als Suriname meer wil halen uit de verschillende diensten.
Ramdin zei dat de diplomaten tot nu toe een goede job doen en dat zij daarom niet zomaar uitgestuurd worden. Ze worden eerst opgeleid en begeleid. “We moeten positief kijken naar onze mensen en ondersteuning geven als het goed is. Waar het niet goed is, moeten we het dan aangeven”, zei de BIBIS-topman.
Volgens de minister blijft de buitenlandse politiek van Suriname ongewijzigd. De belangrijke elementen van het beleid zijn dat het de functie moet hebben van ontwikkeling van Suriname en ondersteuning naar het sociaaleconomisch beleid gericht op herstel en groei met name het aantrekken van investeerders. Centraal staat hierin altijd het Surinaamse belang.
Ramdin zei dat er steeds vragen worden gesteld waarom Suriname bepaalde dingen wel of niet doet. De minister gaf aan dat elk land in de eerste plaats gericht is op eigen belang.
“Er zijn wel fundamentele issues op basis van internationale waarden en normen waar je collectief aan probeert te werken als het bijvoorbeeld gaat om democratie, rechtstaat, good governanc en rule of law. Maar als gaat om specifiek landsbelang kijken landen naar het nationaal belang. Dat doen wij ook”, aldus Ramdin.