Bij de aanvraag en verlening van een werkvergunning moet de werkgever SRD 75 betalen. Voor dit bedrag is er geen restitutie mogelijk. Bij de behandeling van de Wet werkvergunning vreemdelingen, hebben de indieners gevraagd dat de werkgever bij de aanvraag en verlening van een werkvergunning SRD 1000 betaalt in plaats van SRD 75.
Diverse parlementariërs zijn eens met deze wijziging van het bedrag, maar zijn van mening dat het voorgesteld bedrag ook reeds achterhaald is. NDP-parlementariër Patrick Kensenhuis, zei dat gezien de realiteit hij zou kunnen meegaan met de wijziging van het bedrag van SRD 75 naar SRD 1000. Echter zei hij dat als gekeken wordt naar de economische situatie in het land ook dit bedrag achterhaald is en nadere discussies moeten volgen over de hoogte van het bedrag.
Joan Wielzen (NDP) is ook van mening dat het bedrag verhoogd is en stelde voor om het bedrag te verhogen op basis van de koerssituatie en de categorie. Volgens artikel 4 lid 3 kan de president voor bijzondere categorieën vreemdelingen bij resolutie bijzondere tarieven ter verkrijging of verlening van een werkvergunning vaststellen.
Wielzen wilde weten welke deze bijzondere categorieën zijn. Ook wilde zij weten als het zo is dat voor vreemdelingen die een valutasalaris ontvangen ook SRD 1000 betaald moet worden. Diverse DNA-leden hebben ook aandacht gevraagd dat de vreemdelingen niet nog 30 dagen wachten op een werkvergunning als dat niet gebeurt binnen de vastgestelde periode van 30 dagen.
Het voorstel is om na de dertig dagen nog eens vijftien dagen te wachten. Aan de regering is gevraagd onderzoek te doen naar de arbeidsmarkt. Er moest onderzocht worden wat de behoefte is aan vreemdelingen per sector in Suriname. Ook moet nagegaan worden wat de behoefte is aan arbeidsplaatsen in Suriname.
Belangrijk hierbij is volgens Kensenhuis zekerheid, omdat mensen niet zullen arbeiden als zij geen zekerheid hebben. “Dat is het probleem in Suriname. Zekerheid heeft te maken met wat je verdient en hoe je gaat uitleven, want je kan ergens werken maar als je geen zaken kan doen met de bank ga je ook niet daar willen werken. Dan ontstaat de behoefte vanuit het bedrijfsleven om mensen te importeren om hier in Suriname te werken”, stelde Kensenhuis.
Reshma Mangre (VHP) is van mening, dat er een inventarisatie moet worden gemaakt van hoeveel mensen een werkvergunning aanvragen en in welke sector. Er is ook aandacht gevraagd voor de handhaving en versterking van Arbeidsinspectie, omdat er nu een heleboel gevallen zijn waar mensen niet goed behandeld worden. Echter in de praktijk gebeurt er niets, omdat de Arbeidsinspectie onvoldoende toegerust is.
Melvin Bouva (NDP) haalde aan dat er een aantal zaken overwogen moeten worden bij de verstrekking van vergunningen. Hij wilde weten hoe het zit met zaken als taal, een bewijs goed gedrag en de benodigde skills. Ook wilde hij weten in welke categorieën de verstrekkingen voornamelijk plaatsvinden.
Rabin Parmessar, fractieleider van de NDP, wilde weten hoeveel illegalen in Suriname aanwezig zijn. “We hebben pas ingevoerd dat mensen zonder visum het land binnen kunnen komen. Als ze binnen zijn en de handhaving in Suriname is zwak, hoe weten we waar en hoelang ze hier vertoeven en als ze teruggekeerd zijn. Dat maakt de kans voor illegalen die hier in het land verblijven en achterblijven groot”, sprak Parmessar.
Hij wilde weten als voor illegalen ook een werkvergunning aangevraagd kan worden. Hij pleitte daarnaast ervoor dat in de wet duidelijk wordt opgenomen aan welke voorwaarden men moet voldoen en welke documenten aangedragen moeten worden. Het moet volgens hem niet zo zijn dat de president en de minister dat kunnen bepalen.