Helaas heb ik pas vandaag, 29 februari, kennisgenomen van het artikel op Suriname Herald gedateerd 4 februari 2020 over “Eugène van der San een karakterloze figuur”, volgens Idris Naipal. Ik had gehoopt niet meer te reageren op deze drol, maar ik heb nieuws voor hem. De man denkt dat ik hem zou moeten kennen; ik zou niet weten in welk verband. Ik heb nooit met zijn moeder geslapen en ben nog minder van hem afhankelijk geweest.
De man is zo dom, erger dan een ezel, om twee in mijn functioneel leven voorkomende gebeurtenissen met betrekking tot genomen beslissingen te kwalificeren als moreel onethisch. Je zegt dat je een zeer eenvoudig mens bent, maar je handelt als een kip zonder kop.
Die link die ik leg tussen jou en Chan Santokhi heeft te maken met je betrokkenheid binnen de VHP. Daarom heb ik je verwezen naar Santokhi om verhaal te halen, wie Eugène van der San werkelijk is. Hij kan je vertellen dat aan mijn integriteit niemand komt evenmin jij als waardeloze klootzak.
Ik heb de voorzitter van jou gevraagd omdat hij met mij afspraken heeft lopen die jij als waterdrager niet kent. Bovendien wordt je naam in gesprekken met hem nooit genoemd; het zijn namen van Albert Ramdien en anderen.
Mijn eigen boontjes heb ik in mijn hele werkzame leven zelf gedopt. Als na mijn heengaan als minister van Justitie en Politie, waar Santokhi onderdeel van is geweest, de president een beroep op mij doet om mijn vorige functie wederom in te vullen, betekent het dat je iets bijzonders in je mars moet hebben.
Hetzelfde geldt voor mijn verzoek om ontslag waarbij de president publiekelijk heeft kenbaar gemaakt, waarom hij vindt dat ik hem nog moet blijven ondersteunen. Je hebt geen verstand om dat als onethisch te beschouwen wanneer ik het verzoek van de president eerbiedig.
Op welke gedachten jij wil komen zal mij een worst wezen. Een ding moet je als klootzak weten: ik ben geen politicus, Chan Santokhi wel. Ik vraag hem nu weer om jou te vertellen, mijn naam nooit meer in je bek te nemen, anders ga ik het bandje van ons op de radio brengen.
Laat het duidelijk zijn ik heb ook Santokhi, als voorzitter van de VHP, zijn hulp nooit ingeroepen, juist het tegendeel is waar. Na 25 mei ga je met je bek op de grond, terwijl ik ongeïnteresseerd zal kijken.
Eugène van der San